Handel, Werk en Winkels:
In alle grote steden, en ook in sommige kleine steden, zijn veel verschillende winkels.
Het heeft meestal geen ramen of deuren, en de toonbank stond meteen dwars voor de ingang van de winkel, de eigenaar stond er achter, en daar reken je af.
De Romeinen hadden verschillende munten, de meest waardevolle was de gouden munt, daarna kwam de zilveren en het minst waardevolle is de bronzen. In de loop der jaren is de munt vaak verandert. De vorm (groot/klein dik/dun kartelig/glad) en het plaatje verandert elke keer.
Rijke Romeinen gingen alleen weg naar de stad als ze hele dure belangrijke dingen.
De rijke Romeinen huurden bedienden in om .
Als ze gewone dingen zoals eten,nodig hadden,
stuurden ze hun bedienden (die meestal slaven zijn)
de stad in. Er was geen ruimte om grote supermarkt te bouwen.
De winkels zijn daarom ook heel erg klein.
Eigenaars die dure luxe dingen verkopen, kunnen veel geld verdienen.
Er zijn ook café’s.
Dat waren gelegenheden waar men warm eten en drankjes kon kopen.
Daar konden de klanten het eten en/of drinken opeten of opdrinken. In alle grote steden, en ook in sommige kleine steden, zijn veel verschillende winkels.
Het heeft meestal geen ramen of deuren, en de toonbank stond meteen dwars voor de ingang van de winkel, de eigenaar stond er achter, en daar reken je af.
De Romeinen hadden verschillende munten, de meest waardevolle was de gouden munt, daarna kwam de zilveren en het minst waardevolle is de bronzen. In de loop der jaren is de munt vaak verandert. De vorm (groot/klein dik/dun kartelig/glad) en het plaatje verandert elke keer.
Rijke Romeinen gingen alleen weg naar de stad als ze hele dure belangrijke dingen.
De rijke Romeinen huurden bedienden in om . Als ze gewone dingen zoals eten nodig hadden. Ze stuurden ze hun bedienden (die meestal slaven zijn)
de stad in. Er was geen ruimte om grote supermarkt te bouwen. De winkels zijn daarom ook heel erg klein.
Eigenaars die dure luxe dingen verkopen, kunnen veel geld verdienen. Omdat rijke mensen willen opvallen, kopen ze veel van dat soort dure spullen.
Er zijn ook café’s. Dat waren gelegenheden waar men warm eten en drankjes kon kopen. Daar konden de klanten het eten en/of drinken opeten of opdrinken.
In de steden waren ook leuke marktpleinen. Die staan in het midden van het forum (forum is het Latijnse woord voor marktplein).
Markten werden eens per week gehouden. Op de markt kon je ook slaven kopen, de slaven stond op een plateau dat kon draaien, en daar stonden de slaven op, met een bordje om hun nek waar ze goed in waren, en wat de prijs is. De Romeinen vonden het heel normaal om slaven te hebben. Ze zagen die slaven als ‘’levend werktuig’’
In de steden waren ook leuke marktpleinen. Die staan in het midden van het forum
(forum is het Latijnse woord voor marktplein). Markten werden eens per week gehouden.
Op de markt kon je ook slaven kopen, de slaven stond op een plateau dat kon draaien, en daar stonden de slaven op, met een bordje om hun nek waar ze goed in waren, en wat de prijs is. De Romeinen vonden het heel normaal om slaven te hebben. Ze zagen die slaven als ''levend werktuig’’
In Xanten zag je vele beroepen. Dit zijn voorbeelden:
Gladiator: In de Arena om te vechten (gladiators zijn meestal slaven).
Bakker: In Xanten zag je een bakkerij, met een oven, een toonbank en een malser, voor het brood te kneden.
Grafsteenmaker: Je zag allemaal mooi versierde grafstenen.
Badmeester: Een soort badmeester, die controle houd over de thermen.
Wachter: In de uitkijktorens, door de stad. Overal zag je wachters
Deze beroepen vielen me op in Xanten.
Bronnen: In Xanten de informatiebordjes lezen en Berts geschiedenissite.
Door Wouter Schuiermanni 1F.
Het heeft meestal geen ramen of deuren, en de toonbank stond meteen dwars voor de ingang van de winkel, de eigenaar stond er achter, en daar reken je af.
De Romeinen hadden verschillende munten, de meest waardevolle was de gouden munt, daarna kwam de zilveren en het minst waardevolle is de bronzen. In de loop der jaren is de munt vaak verandert. De vorm (groot/klein dik/dun kartelig/glad) en het plaatje verandert elke keer.
Rijke Romeinen gingen alleen weg naar de stad als ze hele dure belangrijke dingen.
De rijke Romeinen huurden bedienden in om .
Als ze gewone dingen zoals eten,nodig hadden,
stuurden ze hun bedienden (die meestal slaven zijn)
de stad in. Er was geen ruimte om grote supermarkt te bouwen.
De winkels zijn daarom ook heel erg klein.
Eigenaars die dure luxe dingen verkopen, kunnen veel geld verdienen.
Er zijn ook café’s.
Dat waren gelegenheden waar men warm eten en drankjes kon kopen.
Daar konden de klanten het eten en/of drinken opeten of opdrinken. In alle grote steden, en ook in sommige kleine steden, zijn veel verschillende winkels.
Het heeft meestal geen ramen of deuren, en de toonbank stond meteen dwars voor de ingang van de winkel, de eigenaar stond er achter, en daar reken je af.
De Romeinen hadden verschillende munten, de meest waardevolle was de gouden munt, daarna kwam de zilveren en het minst waardevolle is de bronzen. In de loop der jaren is de munt vaak verandert. De vorm (groot/klein dik/dun kartelig/glad) en het plaatje verandert elke keer.
Rijke Romeinen gingen alleen weg naar de stad als ze hele dure belangrijke dingen.
De rijke Romeinen huurden bedienden in om . Als ze gewone dingen zoals eten nodig hadden. Ze stuurden ze hun bedienden (die meestal slaven zijn)
de stad in. Er was geen ruimte om grote supermarkt te bouwen. De winkels zijn daarom ook heel erg klein.
Eigenaars die dure luxe dingen verkopen, kunnen veel geld verdienen. Omdat rijke mensen willen opvallen, kopen ze veel van dat soort dure spullen.
Er zijn ook café’s. Dat waren gelegenheden waar men warm eten en drankjes kon kopen. Daar konden de klanten het eten en/of drinken opeten of opdrinken.
In de steden waren ook leuke marktpleinen. Die staan in het midden van het forum (forum is het Latijnse woord voor marktplein).
Markten werden eens per week gehouden. Op de markt kon je ook slaven kopen, de slaven stond op een plateau dat kon draaien, en daar stonden de slaven op, met een bordje om hun nek waar ze goed in waren, en wat de prijs is. De Romeinen vonden het heel normaal om slaven te hebben. Ze zagen die slaven als ‘’levend werktuig’’
In de steden waren ook leuke marktpleinen. Die staan in het midden van het forum
(forum is het Latijnse woord voor marktplein). Markten werden eens per week gehouden.
Op de markt kon je ook slaven kopen, de slaven stond op een plateau dat kon draaien, en daar stonden de slaven op, met een bordje om hun nek waar ze goed in waren, en wat de prijs is. De Romeinen vonden het heel normaal om slaven te hebben. Ze zagen die slaven als ''levend werktuig’’
In Xanten zag je vele beroepen. Dit zijn voorbeelden:
Gladiator: In de Arena om te vechten (gladiators zijn meestal slaven).
Bakker: In Xanten zag je een bakkerij, met een oven, een toonbank en een malser, voor het brood te kneden.
Grafsteenmaker: Je zag allemaal mooi versierde grafstenen.
Badmeester: Een soort badmeester, die controle houd over de thermen.
Wachter: In de uitkijktorens, door de stad. Overal zag je wachters
Deze beroepen vielen me op in Xanten.
Bronnen: In Xanten de informatiebordjes lezen en Berts geschiedenissite.
Door Wouter Schuiermanni 1F.
